zaterdag, mei 12, 2007

Het Scheppingsverhaal

volgens ikke...

Héél, héél lang geleden, maar dan ook héél héél lang geleden wandelde er eens een oude grijze maar zeer geleerde man op deze wereldbol rond, en hij was ontroerd ! Het was allemaal zo mooi, prachtige eindeloze groene weiden, met hier en daar een struik en een grote dikke boom om schaduw te geven aan al de mooie dieren die er rondliepen. Hier daar felle oplichtende kleurspatten van prachtige weidebloemen...De man haalde eens diep adem, en genoot van de gezonde zuivere lucht. Iets verder kwam hij in een prachtig bos, met bomen, struiken en kruiden aan de wortels van de bomen. Tussen de takken hingen slingerplanten en her en der bloeiden de prachtigste orchideeën en zag je bloesems en heerlijke vruchten hangen. Het was prachtig, het was een echt paradijs.

En de man keek om zich heen, en zag de mooiste dieren in deze pracht rondlopen, sommigen aten groen of vruchten, anderen aten van de dieren, voornamelijk de oude en zieke dieren, en zorgden zo voor een gezond evenwicht in deze onverbeterlijke natuur. En de oude man zuchtte...Was het niet jammer dat er op heel die wereld niets of niemand was die echt genoot van al die pracht en van die milde natuur??? Want dieren hebben dat vermogen niet, dieren leven hun leven, en zoeken de plaatsen op waar ze het best aan hun trekken komen, maar oog voor schoonheid??? Nee, dat hebben ze niet.

De man dacht lang na, en besloot: "Kijk, ik neem hier enkele apen en bewerk hun dna, hun genen, zodat zij in staat zijn om van al die pracht, al die weelde te genieten !"

En zo gezegd, zo gedaan. Hij nam een apenpaar, en met een héél kleine ingreep, minder dan enkele procenten van hun genen, lukte hij er in de apen om te bouwen tot wezens die niet alleen leefden, maar ook begrip hadden, en die de schoonheid konden waarderen.

Het paar apen was gelukkig in dit aardse paradijs, ze genoten van het leven, en leefden niet meer alleen om te overleven, maar ook om te genieten.

Laten we zo voor het gemak een naam geven, hem noem ik Adam, en haar, juist, Eva... Het was Eva die op het idee kwam om de mooie bloemen niet in het gras te laten staan, maar eens mee te brengen naar hun vaste stek... Maar de bloemen verslensten, en Eva was niet content voor Adam, met behulp van een stok en platte steen er in slaagde een deel van de bloemplanten met wortel en al mee te brengen en te planten aan hun vaste stek, onder een van de schaduwrijkste bomen in de wijde omtrek.
Maar om in de schaduw te blijven moesten ze regelmatig wat opschuiven, rond de stam van de boom, en Eva deed Adam stokken in de grond zetten, waarzij dan tussen de stokken het gras weefde om zo de eerste muur op deze wereld te bouwen. Van binnen was het goed toeven, maar als je van een afstand keek, was het zicht op de boom plots heel wat minder...
Ondertussen kregen Adam en Eva kinderen, en ook die bouwden her en der van die schuilhutjes, want dat vonden ze wel een goed idee, en één die omdat hij niet te ver van zijn moeder wilde wonen, kwam op het idee om zo ook een dak te maken op zijn muren...en het eerste huis was geboren.
Nu waren Adam en Eva heel slim geweest bij het bepalen van hun woonplaats, vlak bij een bron, onder een grote boom met veel eetbare vruchten, maar niet aan iedere boom was een bron, en de anderen moesten hun water bijhalen in de bron van Eva. Dat was een heel gedoe, zo water scheppen on grote bladeren, en daar dan nog een eindje mee wandelen tot aan jou huis...Bovendien vond Eva het ook maar een beetje ambetant, al dat heen en weer geloop, en ze hadden altijd wel iets nodig buiten het water. En Adam moest van Eva rond de bron een muurtje bouwen, zodat de anderen niet meer aan de bron konden putten, maar nog alleen aan de overloop, aan het kleine beekje.
Eén onder hen was wat slimmer dan de anderen, en hij graafde met zijn platte steen een beekje tot aan zijn huis, en daar een put waarin hij steeds een voorraad water had.
Dat was een slimme, en ook zijn vrouw was een van de slimste, zij waren er in gelukt enkele konijnen te vangen toen ze nog heel klein waren, en ze hadden die konijnen opgesloten in een omheining van doornige takken, die heel dicht tegen een gezet waren. Ze waren zo slim, dat ze niet alle konijnen op aten, maar er enkele overhielden, en die mochten kweken binnen de omheining.

Er kwamen steeds meer mensen, en daar het plezant was om redelijk dicht bijeen te wonen, stelden ze op een moment vast dat er in de wijde omtrek bijna geen wilde dieren meer zaten, en dat ook de knollen en de eetbare vruchten steeds zeldzamer werden, en dat ze steeds verder van huis moesten om aan eten te geraken...Op dat ogenblik waren de konijnen van die ene plots heel veel waard, en hij begon zijn konijnen te ruilen voor graan en vruchten...en zo was de handel geboren...

Ik ga niet meer verder vertellen...Je ziet zelf rond je wat er gebeurd is...Ondanks het feit dat we het inzicht kregen in de schoonheid, hebben we al het schone kapot gemaakt, en is er van die prachtige wereld in een perfect evenwicht niet meer over. We zijn niet meer tevreden met een weidebloem, we moeten de meest grillige en exotische bloemen bij ons op onze tafel hebben staan...We hebben inzicht ...Of juist niet ???

tot de volgende ?

Geen opmerkingen: