woensdag, december 24, 2014

pimpelmees

Ieder jaar weer, zitten er pimpelmeesjes in het nestkastje boven de voordeur. En ieder jaar weer is er één paar pimpelmeesjes die het vertikt om in de tuin (achter het huis) naar de voedertafel te komen, en hier vooraan op allerlei manieren de aandacht zoekt, om daar, voor hen alleen, ook mezenbollen te krijgen.
Ook dit jaar hebben ze weer gewonnen.
En al is het nu nog niet echt klaar, ze zitten al weer op de voederbal, te pikken naar de zaadjes in het gestolde vet.
Ze lijken gewoon niet verder te gaan dan de linde, en van de linde naar het meidoornboompje, waar de voederballen hangen.
Komt er volk voorbij, dan vliegen ze hoog de linde in, is het weer veilig, dan komen ze terug naar de voederballen.

Ze eten verbazend veel !
Wij hangen drie van die dikke bollen, en om de twee dagen moeten wij er een van gaan vervangen. Zo'n kleine beestjes ! Of worden wij glansrijk bedrogen, en wisselen de olijkaards elkaar af, zodat je telkens maar een paar ziet, maar in feite een hele kolonie aan het voederen bent ?

Zouden het dezelfde zijn van vorig jaar? Zij die hier dit jaar maar liefst drie nesten groot hebben gebracht?

Wij hebben er het raden naar...
Als je studies gaat napluizen, dan leven die diertjes in het wild hooguit een jaar of drie... In gevangenschap halen ze makkelijk de tien jaar. (Ik heb een beetje tot mijn verwondering gezien dat dergelijke kleine insectenetertjes ook gekweekt worden in volières !)

Maar het feit dat vogeltjes in de vrijheid maar 3 jaar hebben, en in gevangenschap tot wel 10 jaar en meer, doet mij een beetje twijfelen aan de waarde van "vrijheid"... Natuurlijk kunnen we de mens niet helemaal gelijkstellen met een pimpelmees, maar toch... Als we onze huidige maatschappij bekijken, dan zien wij dat we steeds ouder worden, in een steeds meer gestructureerde, ja, bedillerige, maatschappij. Hoe beter alles geregeld is, hoe langer we leven. In een virtuele kooi.

Als ik achteruit kijk, en bedenk hoezeer onze maatschappij ons leven steeds meer en meer in regeltjes giet, ons bewaakt en ons in de gaten houdt, dan voel ik mij echt niet lekker. Tegenwoordig is ons leven gereglementeerd van bij ons opstaan tot ons slapen gaan. En zelfs dan moeten we zorgen dat er bepaalde toestellen op ons passen, zien of er niet teveel CO2 is of rookontwikkeling.
Als je foto's ziet van ons landje van uit de ruimte gezien, dan zijn wij dat landje met de meeste verlichting ! Ik heb soms de indruk dat die verlichting er niet hangt opdat wij beter zouden zien, maar opdat zij ons beter zouden zien...

Ik weet wel, we leven met steeds meer mensen op een voorschoot grond, en dan moet je wel reglementeren om moeilijkheden te voorkomen, maar geef toe, soms gaat het wel héél ver. En soms zijn de reglementen onduidelijk of niet gekend (GAS-boetes)...

Ik zie verdorie plots heel duidelijk vier pimpelmezen in mijn linde zitten ! De snoodaards lossen dus wel degelijk elkaar af ! Misschien is het wel omdat ze in de tuin niet op kunnen tegen de mussen, de roodborstjes, de vinken, de tortelduiven, de heggenmussen en de kepen en dergelijke, want daar is het druk en zijn er regelmatig vechtpartijen, die meestal beslist worden door het opduiken van een "reus" in dat gezelschap, een merel of een tortel... Daar wijken zelfs de mussen voor.

Pimpelmezen zijn in dat gezelschap de kleinsten.
In ons gezelschap zijn wij, werknemers, de kleinsten.
En wij moeten ons ook verenigen om op te tornen tegen de veelvraten, willen we niet ten onder gaan, en sterven in wat normaal de bloei van ons leven zou moeten heten. Wellicht is het door mijn opvoeding en door mijn jarenlange werk in de vakbond, dat mijn voorkeur uitgaat naar de kleintjes, de zwaksten onder de vogeltjes... En wellicht daardoor hang ik voederballen op een plaats waar de anderen niet komen, speciaal voor hen die anders dreigen uit de boot te vallen.
En als ik zie dat ze dit systeem hebben leren kennen, en er manifest voor langs het raam scheren, om de aandacht te trekken, dan vind ik ze nog veel sympathieker, ze weten hun positie te verdedigen en de aandacht te trekken.

Ik hoor tegenwoordig stemmen opgaan dat de vakbond een beetje zijn tijd voorbij is, dat vakbonden wel eens anders mogen gaan denken... Ik weet het niet. Ik denk dat de vakbond nog steeds moet kunnen een vuist maken, maar dat verhindert niet dat ze misschien ook wel op andere manieren actie kunnen gaan voeren. Het idiote is, dat zij die dit zeggen, gewoonlijk niet aangesloten of toch niet actief zijn in de vakbond. Jammer, want misschien hebben zij wel echt goede ideeën, die er voor kunnen zorgen dat de werknemers door hun massa een macht kunnen stellen tegenover de werkgevers en het kapitaal.

Het is een feit dat we steeds meer vaststellen dat in onze maatschappij steeds minder mensen zich vrij kunnen of willen maken om actief te zijn in de bewegingen (en ik denk niet alleen aan vakbonden)... Het voluntarisme is er wel nog, maar in een veel te klein aantal beschikbare uren.

Dit heeft een dubbel effect: zij die zich nog ter beschikking stellen van een beweging, moeten in verhouding veel te veel van hun tijd ter beschikking stellen, en dat heeft als gevolg dat er nog meer afhaken.
Wij moeten binnen de bewegingen gaan zoeken naar manieren waarop wij de taken meer en beter kunnen verdelen, zodat meer mensen bereid zijn en de taken meer kunnen verdeeld worden.
Als ik nu kijk, hier in onze parochie, en ik maak daar een analyse van alle bewegingen, dan stel ik tot mijn verbijstering vast dat van die al zo zwaar belaste medewerkers, er een heleboel actief zijn in meer dan één beweging. Met andere woorden, het risico voor de bewegingen bij het wegvallen van één trekpaard, dreigt een ganse gemeenschap te raken en niet alleen één beweging.
We moeten opteren voor een andere manier van werken.

Meer verdelen van de taken lijkt mij de oplossing, maar ook dan moet je nog steeds beschikken over enkele mensen die deze manier van werken gaan orkestreren...

Niet makkelijk...
tot de volgende ?

Oh ja, voor wie vanavond het kerstfeest viert:

Zalig kerstfeest

Geen opmerkingen: