zaterdag, oktober 06, 2007

huis van de dood

Gisteren bezochten wij weer tanteke, ze gaat zienderogen achteruit. We stelden dat ook vast aan de was, een heel pak natgepiste kleren.
Toen we het gebouw binnenkwamen, zagen we dat er weer een tafeltje stond met een kaars en een bord met nu twee doodsberichten. Eén er van was een man die de laatste weken pas was opgedoken, en altijd bij de zetel zat bij de deur van tante's kamer in zijn rolstoel. Ze zaten daar meestal met enkele mensjes te keuvelen, maar die man zat daar heel stil, altijd met een serene glimlach. Hij zat vol darmpjes en zakken. Ik zag eens de verpleegster een zak opvullen met gewoon flessenwater, en dat liep dan via een darmpje de man in... In zijn broekspijp zag ik nog net een plasticzak piepen, en zag die ook wel eens vervangen. Ook aan zijn zij was er een zakje en in zijn andere arm zat er nog een naald met een baxter. De man zat er in zijn rolstoel, sereen te glimlachen, en je had de indruk dat hij daar zat te genieten. Hij is er al niet meer. Vorige week hing er een doodsbericht van een man die we telkens zagen in de bar. De man was een franstalige brusselaar, en was heel blij dat ik hem begreep en hem bonjour wenste...
Iedere week of toch bijna iedere week zie ik daar dat tafeltje staan met een of meerdere doodsberichten, en een uitnodiging tot het bijwonen van een gebedsstonde...
Gek is dat het onderwerp "dood" daar nooit ter sprake komt. Toen ik de tafelgenoten van de franstalige man vroeg naar de dood van hun vriend, knikten ze somber, en keken naar de andere kant. Taboe !

Natuurlijk, het zijn allemaal oude mensen, maar mij doet die nabijheid van de dood wel wat. Ik krijg het rare gevoel dat ik de mensen begin in te delen naar de tijd die ze nog hebben. Ik begin te kijken naar die of die en zie hem achteruitkrasselen...Precies of ik zie de dood er ronddwalen.

Er hangen in de home enkele prachtige moderne schilderijen, portretstudies van oude mensen. Want dat is het eigenaardige, je ziet dat oud worden niet alleen verval brengt, maar sommigen zijn door het leven getekend, geëtst, en hebben een heel aparte vorm van eigen schoonheid. Bij velen is de huid van hun gezicht flinterdun geworden, en je ziet als het ware het skelet van hun hoofd vaag doorschemeren. De structuur van de schedel is dan soms zo mooi gesculpteerd in die tere kleur van oud vel...Mooi...
Eén van die portretstudies is in één kleur, lichtblauw en nuances naar het wit toe. De kunstenaar heeft op die manier heel duidelijk het structurele en het tere weten vast te leggen. De ouderdom is op zijn doek een waardigheid, een majesteit.
En je ziet echt zo'n mooie oude mensen daar, met koppen om te boetseren te tekenen. Iedere keer zien we daar ene Maria met haar zoons die op bezoek komen. Maria is een klein verkneukeld vrouwtje in een rolstoel, maar zij heeft een waardigheid, is steeds netjes opgetut, en kamt, terwijl wij een pintje drinken met tante, wel tien keer door haar haar. Haar ijle gezichtje heeft maar twee levende punten meer, haar ogen die schitteren als bergkristal. Een andere zit daar steeds ineengezakt, nu en dan loopt het kwijl hem op de kin, en telkens zie je zijn vrouw die op bezoek is, liefdevol zijn kin schoonmaken. Nu en dan schreeuwt de man een onbegrijpelijk pijnklank, en dan sust ze hem. De man is niet mooi te noemen, maar is een beeld van verval en ellende, en zijn vrouw een sterk bewijs van echte Liefde, met een hoofdletter. Om te tekenen, om vast te leggen. Stuk voor stuk zijn het niet een groep oude mensen, maar oude inviduele mensen, waarop je het voorbije leven ziet. Je ziet er brave waarvoor alles goed is, je ziet er steeds glimlachende, maar ook sjagrijnige, bitter mensjes, en je ziet ook dat ook de glimlach of de sjagrijn zijn lijnen tekent op het gezicht...Denk er op, glimlachen legt een veel mooier lijnenspel op je gezicht dan sikkeneurigheid...Oefen dus maar om te glimlachen.

Er is er een bij, waarvan je zou denken dat hij op bezoek kwam, veeleer dan er bij te horen. Een mooie man, die helemaal niet oud oogt. Hij heeft er zijn koersfiets staan, en nu en dan heb ik hem al zien thuiskomen of vertrekken met zijne vélo. Als hij afstapt, neemt hij zijn krukken en strompelt rond. Als hij in de cafetaria aan tafel zit is hij dan plots weer een gezonde veel te jonge mens om daar te zitten. Wie iets tegen hem zegt moet goed zien hoe hij het zegt, want voor het minste valt hij giftig, bijtend uit...om meteen daarna zijn woede te verbergen tenopzichte van de anderen, met een vaag lachje en een gebaar van "hij vertelt hier weer wat.".

Er is er sinds enkele weken een nieuwe bij gekomen, je ziet op zijn gezicht dat het een heimelijken duiker is... Iemand die steeds weer genot vindt in het stoken van ruzie en onmin. Hij zit bij de vélorijder, en die heeft het druk met bits reageren en verontschuldigend rondblikken..

Een kleine wereld vol met knoestige oude bomen, die niet meer buigen voor de wind, maar kraken en kreunen, tot ze plots...breken.
Dan staat er weer een brandend kaarsje op het kleine ronde tafeltje met het bord...

tot de volgende ?

1 opmerking:

Anoniem zei

toon,
jij kan zelf met woorden tekenen !!!
prachtig!
luc