Nee, niet die van Berlijn, de muur voor mijn deur, de groene muur, de muur van maïs... Ik kan er niet eens meer overheen kijken, of toch, als ik wat op en neer spring, maar dat is pijnlijk voor mijn rug.
Ik heb altijd het gevoel dat mijn huis is gedevalueerd, nu het eindeloze vergezicht weer is verdwenen achter de groene muur.
En dat is nog niet alles. Straks komen er grote maïskolven tevoorschijn, en met die kolven komen de ratten.
En dan doen ze die maïs af, en de ratten zoeken een goed heenkomen en vooral voedsel. En dan belanden ze onder meer hier. Bij mijn kippen. Daar is kippenvoer.
Nu zijn er geen ratten te bespeuren, hoogstens eens een muisje, die op de geur van het graan afkomt. Het kippenvoer staat in een ton, met gladde wand, en op de ton ligt een deksel, helaas blijkbaar niet altijd zorgvuldig gesloten.
Hoe de muizen er in slagen de gladde wand van het vat te overwinnen, is ons een raadsel, maar al enkele keren vonden we een muisje in het vat met voeder. We, dat moet je lezen als Anny, want zij is de voedster van de kippen, en de raapster van de eieren...
En dan doet ze 's morgens het vat open, en ziet daar beneden op het graan een muisje lopen... Nee, zij gaat niet aan het schreeuwen, nee, ze gaat niet lopen, nee, niets van dat alles. Ze neemt de schep en klopt het muisje dood. Anny is een boerendochter, die hebben geen schrik van muizen, en kregen met de paplepel binnen dat die beesten schadelijk zijn, en dus dood moeten.
Ik denk dat ik zou twijfelen... Ik vind een muis een mooi diertje, met zijn kraaloogjes. Ik weet echt niet wat mijn reactie zou zijn. Misschien haalde ik het er uit, en zette het ergens ver weg van mijn huis. Ver weg, want ik weet ook heel goed dat het schadelijk is... En het daar zetten, zodat het bij een ander op voedsel gaat zoeken... dat is eigenlijk ook geen oplossing.
Maar Anny heeft een heel andere kijk op dieren, dan ik heb. Als ik een grauwende hond tegenkom, dan ga ik uit de weg, een beetje angstig. Anny neemt een stok op en gaat de hond te lijf, en de hond vlucht. Anny is dus veel dapperderder dan ik ben.
Ik ben maar een angsthaas in die dingen. Neem nu een paard. Daar ben ik ook niet stout op. Dat zijn voor mij veel te grote beesten. Voor Anny is een paard een dier dat ten dienste staat van de mens, om dingen te trekken en velden te bewerken. Ze gebruiken als rijdier, dat is eigenlijk niet helemaal correct, een paard is een nutsdier. Punt andere lijn.
Hoewel ik als kind heel vaak op boerderijen zat, ik had twee vrienden die boerenzoons waren, en ging vaak met hen mee om te werken op het veld, toch is mijn kijk op die dingen de kijk van een buitenstaander.
Ratten vind ik vies en agressief. Anny neemt de riek en gaat ze te lijf.
Ooit kwam hier een vriend van ons, op het moment dat Anny een echt heel kwaad was op een van de kinderen. De vriend vertelde me naderhand dat hij niet dicht durfde komen, "Ze zag er veel te gevaarlijk uit"... Ik heb het gelukkig nog niet meegemaakt, maar dat zal wel in die zelfde lijn liggen van "niet wijken" voor de "vijand", in dat geval een van de zonen, die groter waren dan hun moeder, maar die ook niet meer piepten als ze zagen dat moeder echt kwaad aan het worden was...
Een dappere vrouw, veel dapperder dan ik ben. En dat is een vertrouwd beeld, ik zag dat als kind thuis ook. En ik denk dat dit een beetje normaal is. Een moederdier heeft een andere, veel scherpere agressie dan het mannetje. Ooit las ik dat vrouwelijke soldaten ook veel erger zijn dan hun mannelijke collegae. Ik geloof dat grif. En toch kan dat vrouwelijke wezen, ook mijn Anny, zo zacht zijn als boter, zo lief en meegaand, volgzaam en onderdanig. En ook dat vind ik normaal, want ook dat zag ik thuis.
Voor mij is dat dus het beeld van "de vrouw", de moeder.
Dat maakt voor mij het beeld compleet van de volmaakte vrouw...
Ik hou niet van die karakterloze dingen die je soms in films ziet, nee, ik hou van die vrouw die zoveel kanten heeft als er facetten zijn aan een diamant, en die net zo mooi zijn door de glanzende liefde en blinkende karakter die ze vertonen.
Als ik een beetje moed heb, dan heb ik dat eerder van moeder geërfd dan van vader. Mij lijkt het dat moed en moeder dezelfde woordstam hebben. Niet bij toeval.
Ik ben veel vlugger geneigd om rond de moeilijkheden te gaan, ze te ontwijken, en hoe ouder ik wordt, hoe meer ik die neiging heb. Als je jong bent, dan zet je je voeten midden in de schotel, eens je ouder bent, zoek je andere minder drastische methodes. Vrouwen lijken dit minder te hebben, hun reflexen tegen over de dingen komen minder uit het verstand, dan wel uit hun hart.
Ik hou daar van.
Ik ben er zelfs een beetje jaloers op.
Ik denk te veel
....................... heb te weinig hart...
tot de volgende ?
zaterdag, juli 28, 2012
vrijdag, juli 27, 2012
Verduistering
Dormition Cathedral in Omsk, Russia. Français : La cathédrale de la Dormition, à Omsk, en Russie. Русский: Успенский собор в городе Омске, Россия. Српски / Srpski: Катедрала Христовог васкресења у Омску, Русија. (Photo credit: Wikipedia)
Español: Logo Vectorial de YouTube (Photo credit: Wikipedia)
Gek een dikke week terug zaten we nog te smeken om zon, nu steken we hem (Haar ?) buiten. Maar ze geven al weer een eind aan dit mooie weer, dus de kans zit er dik in, dat we ergens volgende week weer zitten te zagen om die zon terug te krijgen.
Wij leven nu eenmaal in een gebied met wisselvallig klimaat. Dat is een groot voordeel ! We kennen en krijgen alles wel een keer. Dat is een groot nadeel, we krijgen het maar zeer zelden als het ons past.
Maar het grootste voordeel van dat wisselvallige weer is ongetwijfeld dat we een onuitputtelijk gespreksthema hebben...
De opener bij uitstek is hier steevast: "'t Is wel een weer hé !" (Uitroepteken zeker niet vergeten !)
Het voordeel van dat zinnetje is, dat het net zo goed kan slaan op slecht, op goed, op uitstekend, op uitzonderlijk, op gewoon, op nat, op droog, op koud, op warm of wat voor weer dan ook. Het enige juiste antwoord op die opener is dan evengoed geijkt: "'t Is wreed hé !"
Dat wreed is meestal -gelukkig maar- helemaal niet letterlijk te nemen, maar is gewoon een uiting van de eeuwige onvrede met Het Weer.
Persoonlijk heb ik niet zoveel last van het weer. Ik heb alleen een hekel aan te lang, te veel regen, aan mist en aan de donkerte van de winterdagen (die niet alleen aan het weer op zich te danken zijn.). Mij kan het niet zo veel schelen dat het heet is, of koud, want al bij al valt het hier qua temperaturen echt wel mee. Ik zou wellicht anders denken over kou moest ik in Omsk wonen, en over warmte mocht ik in de Sahara verblijven...
Om het anders te stellen, ik hou wel van de afwisseling. Dat is typisch Belgisch. Te lang regenen is nefast voor het humeur, te lang zon is nefast voor het humeur, te lang kou, te lang.... Eigenlijk zijn we pas echt gelukkig als het weer heel frequent wisselt, al is dat op zich ook een reden om er over te zagen en te zeveren.
Voor vanavond en vannacht geven ze onweer...
En gek genoeg doet mij dat denken aan ouder worden.
Vraagtekens ? Ik weet niet of het een algemeen verschijnsel is, maar ik stel bij mezelf vast, dat er steeds meer dingen zijn waar ik angst voor heb. Fysieke angst, angst die ik voel aan mijn lijf, ik voel mijn buik (een heel belangrijk onderdeel in mijn geval) zo samentrekken van angst. Angst voor dingen waar ik vroeger geen grein schrik van had.
Het zal dus wel een verschijnsel zijn die samenhangt met mijn ouder worden. Een voorbeeld ? Vroeger had ik geen of bijna geen last van hoogtevrees. Ik herinner me dat Anny en ik in Madeira een Nederlandse toerist hielpen om zijn vrouw weer op begane grond te krijgen. De dame stond op een smalle richel, tegen de rots aangedrukt, een panische schrik in de ogen, niet meer in staat ook maar één spier te bewegen, buiten haar tong... Ze liet een heel bizar extreem klagend jammerend geluidje horen. Hoe haar man ook trok, sprak, smeekte... Geen beweging in zijn madam te krijgen. Ik heb dan haar ene hand van de rots geplukt, haar man de andere, en voetje voor voetje hebben we haar - voortdurend sussend op haar insprekend- begeleid tot de weg voor haar weer breed genoeg was...
Er was wel een gek gevolg aan dit verhaal. Mijn vrouw wilde dat pad ook niet meer op, wellicht bang dat de schrik ook bij een van ons zou toeslaan, want dat schrikbeeld was echt niet leuk om zien. Paniek in de hoogste graad is beangstigend.
Om maar te zeggen dat ik geen schrik had... Nu dus wel. Ik moet maar op TV, of in een van die YouTube - filmpjes iemand zien vallen, iemand zien springen, iemand zien neerkomen op een rare manier, om mijn buik te voelen samentrekken in schrik.
Maar dat is niet het enige gevoel dat veranderd is met ouder worden... Ik stel vast dat ik nu, bij het bekijken van een film of een gebeuren op TV, zo ontroerd kan worden, dat ik er bij zou kunnen huilen. Ik hou dan krampachtig mijn tranen in, maar ik ben een gevoelig mensje geworden.
Ik zou eens moeten vragen aan andere ouder geworden medemensen, of zij dat ook hebben...
Wellicht wel, want ik ben maar een heel gewoon mensje, dus zal ook dit wel gewoon zijn, met dit verschil misschien, dat een heleboel mensen hun gevoelens niet echt durven te uiten. (Ik dus ook niet, anders zou ik die tranen niet wanhopig proberen binnen te houden)...
djudedju
de mens, een complex ding hé ?
tot de volgende ?
donderdag, juli 26, 2012
Don Camillo en de kleine wereld
English: Don Camillo and his church in Brescello. Polski: Don Camillo i jego kościół w Brescello. Français : Don Camillo devant son église à Brescello (Italie). (Photo credit: Wikipedia)
Het prachtige boek, en leuke film met Fernandel in de hoofdrol (Guareschi)... Al heel lang geleden, maar nog steeds grijp ik met plezier het boek vast, en lees het nog eens, en nog...
Toen ik vanmorgen door het raam keek was het "bolle" mist, je zag de overkant van de straat niet meer. En dan dacht ik...
Gek, het is plots een heel kleine wereld geworden.
Vandaar was de link naar het boek wel heel klein...
Heb jij soms ook het gevoel, dat bij felle mist, de wereld plots teruggekrompen is tot een wereld op mensenmaat. Ieder mens zijn eigen wereldje. En daar de mist ook iets lijkt te doen met geluid, is het zelfs een wereldje met (bijna) alleen je eigen lawaai.
Stel je voor dat je eensklaps dat mannetje bent uit de cartoons, een eenzame drenkeling op een piepklein eilandje in het midden van een eindeloze oceaan... Plots is dan de kleine wereldje niet meer op mensenmaat. Het is veel te klein, en vooral veel te eenzaam.
Gek hoe we aan de ene kant zoeken naar rust, naar stilte, naar eenzaamheid, terugtrekken in ons eigen wereldje, en aan de andere kant niet alleen kunnen zijn.
Soms heb ik de indruk dat mens zijn een hele opdracht is. Ik kan verkeerd zijn, maar het leven van een dier lijkt veel eenvoudiger. Een dier slaapt of is wakker, zoekt voedsel of rust, loopt of staat stil... Mensen maken van die simpele levensfuncties heel ingewikkelde handelingen. Alles is heel complex geworden. Als wij willen eten, dan moeten wij niet gewoon beginnen, wij moeten zelfs niet eens gaan jagen of een plaats zoeken met een grazige weide, nee, wij moeten gaan werken, wachten tot het einde van de maand, voor dat werk geld beuren, met dat geld naar diverse winkels lopen om onszelf te voorzien van het nodige.
Slapen is niet meer simpelweg je neerleggen in een quasi veilig hoekje, maar het aanschaffen van een bed, dekens, lakens, hoofdkussen, dikke gordijnen om het te verduisteren.
Kortom we maken alles wat zo eenvoudig lijkt, tot een heel bewerkelijk iets. Niets is nog eenvoudig, alles gaat via een hele reeks van bewerkelijkheden. Dit noemen we dan onze beschaving, onze cultuur.
Onze manier van leven.
Voor mij zit in zijn grote kooi, mijn papegaai. Het is een van zijn stille perioden. Straks, binnen een uur of wat is het etensuur, en als er niet genoeg lekkers in zijn bak zit, dan laat hij dat horen. Dan eet hij en gaat een korte wijle een siesta houden. Nadien komt er een periode van activiteit, dan kruipt hij zijn kooi rond, schreeuwt om aandacht, en begint te praten en gekke toeren te doen. Nadien weer siesta... Zijn dagen lopen volgens een vast stramien van eten, slapen, beweeglijk zijn, eten, slapen... Zonder veel variatie. Heel simpel en je wordt er héél oud bij. Papegaaien halen volgens hun grootte onwaarschijnlijke leeftijden.
Wij moeten als kind naar school, wijsheid opdoen, waarvan het meeste nooit meer nodig hebben. Nutteloos ? Nee, niet in onze wereld. De wereld die allang niet meer gewoon de aarde is, maar een specifiek mensenwereldje, de kleine wereld van Don Camillo.
Don Camillo (er zijn een hele reeks boeken van), dat gaat hem specifiek over de kleinmenselijkheid, de kleine dorpspolitiek, de mens tegenover zijn wereld. Soms is het een knappe parodie over de grote echte wereld, geconcentreerd in een klein Italiaans dorpje, soms is het gewoon milde humor.
Humor over de mens en zijn kleine kantjes.
De kleine wereld...
tot de volgende ?
woensdag, juli 25, 2012
Visparadijs
Nederlands: De Schietsjampettermolen in Wannegem-Lede (België) (Photo credit: Wikipedia)
De Schietsjampettermolen... deze molen werd teruggeplaatst, na en met heel wat strubbelingen van voor- en tegenstanders, waarbij de veldwachter (=sjampetter) zelfs een schot loste... vandaar de naam
Datte ! Dat van vandaag ! Anny gaat mee vissen. Ze ging reeds eenmaal eerder mee, en ook zij is verliefd op dat stukje grond met de waterplas in Wannegem-Lede... Het is er zalig, en zeker met zijn tweetjes.
Niet dat we daar dan zitten te babbelen, nee, Anny gaat ergens in de schaduw van een boom zitten, en ik zit daar ergens aan de waterkant, en we houden een wedstrijd in het stil genieten.
Zalig !
Ik hoor sommigen al denken: "Is dat alles ?"
Ja, dat is werkelijk en letterlijk alles...
Het geluk, het paradijs, dat is geen paleis vol zilver en kristal, vol rijkdom en glorie, het paradijs, dat is het mooie van moeder Aarde, de zon, de waterkant, het bos...
De geur van de aarde, het gezang van de vogels, het nu en dan opspringen van een vis...
Niet veel ?
Nee, maar meer moet dat niet zijn. Gelukzoekers doen het verkeerd, zij zoeken het geluk, terwijl het gewoon voor hun voeten ligt.
Eigenlijk nog dichter dan voor je voeten, het geluk, dat ligt gewoon in je zelf. In je binnenste, in het aanvaarden van het leven zoals het komt, in het savoureren van alle dingen, het kwade en het goede, het verdriet en de lach... Je kunt er toch niet omheen, dus aanvaard het zoals het komt, en geniet er van.
Ook van het verdriet? Ja, zelfs van het verdriet.
Nog nooit gehoord dat het deugd kan doen om eens te wenen?
Dat benadert wat ik zeggen wil.
Het zit er hem in dat je niets mag vasthouden, je moet het loslaten, zijn gang laten gaan. Heb je verdriet? Laat het verdriet dan rustig over je komen, en zodra het mindert, laat het dan los. Wentel je niet in dat verdriet... Laat het gaan.
Wij hebben een kind verloren, en dat is wellicht een van de ergste dingen die er bestaan. Dat verlies blijft als een verlies aanvoelen, ooit noemde iemand het een amputatie. Ik ken mensen die iedere dag weer naar het kerkhof sjokken, om het afscheid uit te stellen, om wanhopig vast te houden. Ik denk dat dit verkeerd is, je moet juist laten gaan. Het verlies blijft, maar het verdriet moet je loslaten.
Het mag gek klinken, maar het is wellicht vooral door dat grote verlies, door dat immense verdriet, dat ik ontdekt heb dat je moet loslaten. Of ik verdronk in dat verdriet, of ik moest het loslaten.
En kijk, daar ontdekte ik dan het stille geluk. Want geluk is niet uitbundig, is geen gevoel van luid jubelen, geen korengezang... Nee, het is stil genieten, stil tevreden zijn met wat je hebt, wat je bent, wie je bent.
Aanvaarden.
Nee, dat is geen fatalisme, dat wil niet zeggen dat je niet kunt, moogt, moet streven naar verbetering, maar leer vooral dat dit streven niet eenzijdig op jezelf mag gericht zijn, maar dat het uitdelend moet zijn, anderen laten mee delen.
Ik heb in mijn tuin meer dan tien soorten daglelies, die allemaal staan te bloeien in al die verschillende kleuren en zelfs vormen. Dat brengt mij vreugde. Ja, die stomme bloemen, door hun verscheidenheid en in hun eenvoud. Ik heb die bloemen niet alleen, ze staan in mijn voortuin, heel de wereld kan er van genieten... weinigen doen het.
Een bloem is zo nietig zo...onbelangrijk.
Maar ze zijn net als het geluk, onbelangrijk tot je het niet meer hebt.
Er is wellicht geen tijd geweest waar men meer over het geluk praat dan deze tijd. En toch is het voor de meesten van ons een tijd van welvaart, een tijd waarin de maatschappij zorgt voor geneeskundige verzorging, voor een inkomen voor wie niet meer kan werken, werkloos valt, oud wordt.. Enkele generaties terug was dit nog niet zo, was je afhankelijk van het werk van je handen, of van het werk van de handen van je kinderen voor je oude dag. Anders viel je uit de boot.
En toch, nu we dus in een veel betere situatie zitten, net nu lijkt het geluk verdwenen.
Materieel bezit vervangt het geluk niet.
Het lijkt wel dat het geluk in het hebben van al die dingen lijkt te verdwijnen.
Dat doet het niet, maar je schat het veel te groot in, je denkt bij geluk aan gejubel, feest, overstelpend gevoel...
Dat is het niet.
Geluk is een heel klein maar heel belangrijk iets.
Geluk, dat lijkt een beetje op dat kleine plantje met dat kleine blauwe bloempje: het vergeetmenietje... Let op, ruk het niet uit als onkruid.
Laat het niet verkommeren onder al dat bezit en al die luxe...
tot de volgende ?
dinsdag, juli 24, 2012
Thanatologie
Readers Digest New Logo (Photo credit: Wikipedia)
Weet jij wat dit is thanatologie ? Ik wist het niet, en eigenlijk weet ik nu de betekenis van het woord, maar snap het nog niet wat het echt inhoudt...
Thanatologie is de wetenschap die gaat over... de dood.
Ik kwam het woord toevallig tegen in een van die semi-wetenschappelijke boekwerken van Readers Digest. Daar leer je nog eens een nieuw woord.
De dood... En dan rijst de vraag: kun je daar nu echt een wetenschap over opstarten? Ja dus, en na het lezen van het artikel moet ik zeggen dat dood niet zo maar dood betekent.
In 1968 heeft men hersendood aanvaard als " de patiënt is dood".
Omdat men toch iets moest vooropstellen, toch een definitie moest aanvaarden, toch een grens moest vastleggen. Die grens is er nodig, bijvoorbeeld voor orgaandonaties. U hebt een akkoord getekend dat men uw organen mag gebruiken na uw dood, maar wanneer ben je dood ?
Toch zijn er ondertussen al heel wat gevallen, na de vaststelling van hersendood, toch weer gaan verder leven. Dus, de hersendood is blijkbaar niet het echte, het goede, het volledige antwoord.
Vandaar dat het inderdaad logisch lijkt dat er geleerden zijn die zich bezighouden met "de dood"...
Het ligt hier niet in mijn bedoeling om een exposé te houden over de dood... Maar over een randfenomeen...
De Bijna Dood Ervaring (BDE).
Er zijn in de wetenschap heel wat mensen die de BDE hebben ervaren. Dat zijn mensen die dus een ogenblik tot enkele tijd blijkbaar dood waren, en dan plots toch weer tot leven komen of toch verder leven... Hoe je het ook stellen wilt.
Het gekke is dat deze mensen in de meeste gevallen een ervaring hebben, tijdens die periode dat ze "dood" waren.
Deze ervaring is vastgesteld over heel de wereld, en is overal zowat hetzelfde. Dus over heel de wereld is de BDE gelijklopend.
Ik heb ooit gesproken met zo iemand, die ook die ervaring had gehad, en deze man was "anders" geworden. Hij was veel rustiger, waar hij vroeger een koleriek manneke was, was hij nadien heel mild en breeddenkend, en vooral, hij was niet meer bang voor de dood, hij had de zekerheid dat er na de dood een ander leven was. Dit bewustzijn dankte hij aan die BDE...
Misschien even kort de algemene lijn van de BDE beschrijven, die dus overal ter wereld op deze manier verloopt;
- Je hebt pijn, je bent verschrikkelijk ziek
- plots zie je als het ware een tunnel voor je, waar op het einde hel wit licht is.
- Je wordt de tunnel ingezogen
- Je komt in het licht terecht, daar is geen pijn meer, geen ziekte. Je ontmoet er allemaal vrienden die al dood zijn, en die je verwelkomen. Ze zijn duidelijk gelukkig.
- Plots komt er een heel wit wezen, die je meldt dat het voor jou nog te vroeg is, dat je terug moet. Dit wezen wordt gezien als engel, als iets goddelijks... Daar verschillen de benoeming van het witte wezen onder invloed van de godsdienst of de maatschappij waarin de betrokkene leefde.
- Je wordt weer wakker (tot leven).
Heel wat mensen, ook heel wat geleerden zien dit als een "bewijs" van leven na de dood. Anderen bestrijden dit, en zeggen dat het wellicht een soort hallucinaties zijn, die ontstaan door een zuurstofgebrek in de hersenen.
Nu zijn er vaststellingen gedaan van BDE, waar er duidelijk wel nog voldoende zuurstof in het bloed was (bv bij hartstilstand is dat zo plots, dat er nog steeds een normaal zuurstofniveau is.)
Ik weet het niet, ik geef er ook geen antwoord op, maar stel een vraag. Als het hallucinaties zijn, hoe leg je dan uit dat die hallucinaties over heel de wereld gelijk zijn?
En nog een bedenking bovenop, niet van mij : Sommigen vermoeden dat de oorsprong van de meeste godsdiensten wel eens zou kunnen liggen bij de BDE. Dit lijkt me een plausibel iets.
Zelf heb ik nog niet deze ervaring gehad, maar ik ben in mijn leven al een paar keer bewusteloos geweest. Iedere keer heb ik dan een gekke ervaring. Ik beland in een open plaats in een bos, waar veel mensen zijn en veel plezier. Ik heb geen herinnering dat ik ook maar een van die mensen zou hebben herkend. Eigenaardig feit, ik ben al een paar keer verdoofd geweest voor een ingreep, en ik herinner mij, bij die vorm van bewusteloosheid niet deze ervaring.
Wijst dit op hallucinatie in deze situatie ?
Ik heb geen idee, geen verklaring. Wel weet ik dat ik mij, daar in die bewusteloosheid heel goed voel, en dat ik node terugkeerde naar het bewustzijn (en de pijn).
Maar het zijn toch allemaal dingen, die mij doen denken, en hoop geven.
tot de volgende ?
maandag, juli 23, 2012
Op bedevaart met de GPS
Statue of Our Lady of Lourdes. The Lourdes apparitions occurred four years after the definition of the dogma of the Immaculate Conception. (Photo credit: Wikipedia)
Het echtpaar typte per ongeluk in: Loudes...
En dat dorp bestaat toevallig ook, ook in la Douce France, maar ligt wel zo'n vijfhonderd kilometertjes van Lourdes...
djudedju
Oei, sorry, mag hier niet, bij een bedevaart...
Ik vind het wonderbaar dat je in zowat ieder religie bedevaartsoorden hebt, en zowaar vergezeld van de nodige mirakels.
Dat steunt mij in mijn idee, dat er ofwel maar één God is, die er niet wakker van ligt hoe je hem (Haar?) aanspreekt, ofwel hebben wij als mens veel meer krachten in onze eigen geest dan we er bewust van zijn.
Ik denk eigenlijk bijna meer aan het laatste...
Dan heb ik meteen ook een oplossing voor het vraagstuk van placebo's, homeopathie en dergelijke meer. Een heleboel therapieën werken met stoffen die geen geneeskracht hebben, volgens onze geleerde sceptische bollen, maar we horen, lezen, zien er wel genezingen bij gebeuren...
Of de sceptici zijn verkeerd, of het is genoeg dat wij de menselijke geest wat steun, wat vertrouwen geven, om "mirakels" te doen...
Ach, lig er niet van wakker. Wat het ook is, wellicht weten we nooit het echte antwoord. gelukkig maar...
Gelukkig maar, want een wereld waar geen vragen meer zijn, dat is niet mijn wereld.
Stel je voor dat je alles weet, alles kent, en dat dat het geval zou zijn bij iedereen... Wat zou dat een vervelende wereld zijn. Niets meer om te zoeken, niets meer om uit te vinden, niets om voor te vechten, want de ideale vorm van samenleving zou er ook zijn... maar verschrikkelijk vervelend.
Kijk maar eens naar je eigen leven. Het hebben van vragen en het zelf vinden van antwoorden die voor jou passend zijn, dat zijn hoogtepunten !
In ieder geval heb ik, met het te veel nadenken, het te veel ontleden, het te veel lezen, een heleboel dingen van me weggestampt, die ik eigenlijk dolgraag nog zou hebben. Neem nu die mirakels... Zoals ik het zie, is het dus het hebben van voldoende geloof, het bereiken van de overtuiging dat het kan, die ook het mirakel bewerkstelligt... Het beseffen van deze "wijsheid" neemt voor mij alle kansen weg op die onmetelijke aanvaarding, dat echt geloven in die kracht buiten mij... Ik mocht nooit gaan doordenken over die mirakels in andere geloven, en zelfs buiten het "geloof". Want er geburen blijkbaar ook mirakels bij zaken die wij nooit echt kunnen gelijk stellen met "geloof"... En toch zouden er al wonderen zijn gebeurd bij het graf van de grote leider in Noord Korea...
Dat steunt mij dan weer in mijn overtuiging, maar maakt me niet gelukkiger.
Weten is dus niet altijd een winstpunt.
Om het eens anders te stellen: Als je iemand ontmoet die zeker is van het bestaan van God, dan is hij (zij) in feite ongelovig. Dat kan niet anders. Als je het WEET, dan kun je het niet meer geloven. Geloven doe je maar als je het eigenlijk niet weet, maar het toch als feit wilt aannemen.
We kunnen dus ook stellen: Wie niet twijfelt, die kan ook niet geloven...
Djudedju
dat is moeilijke materie hé ?
Daarom vind ik theologie ook zo een idioot iets, hoe kun je nu een logica, een leer, een stellingname gaan innemen van iets wat je niet weet? En als je het wel weet, dan is het geen geloof meer en dan dient die theologie tot niets meer.
Maar eigenlijk is dat een beetje zo met filosofieën ook... Ook daar ga je uit van presumpties... Het kan zijn dat je gelijk hebt met je filosofie, maar dat ligt dan aan het feit van de primaire veronderstelling waar je van vertrekt. Maar als je gelijk hebt, dan is het geen veronderstelling meer, en dus geen filosofie.
Terug naar waar we vertrokken... Stel je maar eens een wereld voor waar al deze veronderstellingen, deze presumpties, echt verklaard zijn, juist zijn, onweerlegbaar zijn... Dan hebben we maar één manier meer om te leven. Saai .
Geef mij maar vragen, twijfels...
tot de volgende ?
zondag, juli 22, 2012
Yoruba
Yoruba bronze head from the city of Ife, 12 century (Photo credit: Wikipedia)
Van die stam had ik nog geen beelden. Het zijn kleine beeldjes - gelukkig maar, want ik heb vooral overschot aan plaatsgebrek...)
Ik denk dat het oude beeldjes zijn, maar helemaal zeker ben je daar zelden van, want net zoals ze bij ons "antieke" meubels fabriceren, kunnen ze dat daar ook. Erger nog, een heel pak van de Afrikaanse beelden die je nu op de Afrikaanse markten kunt kopen, zijn..."made in China"... Daar ook al.
Maar er is meer aan de hand in Afrika. Grote concerns en zelfs landen (ondermeer China) kopen er enorme gebieden op om aan landbouw te doen. in de meeste gevallen werken ze wel met Afrikanen als arbeiders, maar de producten zijn niet bestemd voor de Afrikanen, maar voor de uitvoer. Daar gaat in de praktijk slechts heel weinig naar het Afrikaanse land, hoogstens een schamel stukje belasting, niet veel, want anders kopen ze dat land niet.
Het enige voordeel is dat op die manier de Afrikanen wellicht moderne landbouwtechnieken zien, maar in veel gevallen schromen de vreemde eigenaren zich niet om daar, in een quasi wetteloosheid, allerlei sproeistoffen en insecticiden te gebruiken, die hier al lang verboden zijn wegens de impact op de omgeving.
Met andere woorden, waar de natuur nog niet vergiftigd was, voeren de grote landen en grote concerns nu hun ergste vergiften uit naar de ontwikkelingslanden.
Ergens kots ik van dat woord "ontwikkelingslanden"...
Die landen zijn en waren helemaal niet onontwikkeld. Zij hadden alleen een totaal andere cultuur dan de onze. En geef toe, als jij in een land zou leven, waar voldoende groeit in het wild om van te eten, waar je onafzienbare velden hebt om het nodige vee te houden, zonder dat je moet gaan aan landbouw doen, daar krijg je automatisch een cultuur die heel anders is dan de onze.
Wij noemen, ze van uit onze manier van leven, lui en helemaal niet gericht op steeds verder en steeds meer automatiseren en uitvinden, maar zij hadden dat echt niet nodig.
Wij vinden dat je geen mens bent, als je niet moet werken, voor steeds meer bezit, maar is dat wel het juiste antwoord?
Hoe zijn wij tot een dergelijke cultuur gekomen?
Wij zijn terecht gekomen in gebieden waar je niet maar moest gaan plukken in de natuur, je moest actief jagen, en wilde je wintervoorraad hebben, dan was landbouw een noodwendig iets.
Die landbouw was in feite het begin van alles. Wie een stuk grond ging bewerken, wilde niet hebben dat zijn buur die er niets had aan gedaan, met de vruchten van zijn werk ging lopen. Dus ging hij dat stuk bewerkt land gaan beschermen, omheinen... Eigendom maken. Na een korte tijd ging men steeds meer omheinen, ook het vee, ook de woning... Kortom de landbouw was het begin van het idee privé-bezit.
Dat privé-bezit was in het begin wellicht alleen een middel om zijn voeding en misschien ook zijn kleding veilig te stellen, maar werd alras bezit omwille van het bezit. En al heel vlug ontstond de handel. Die buur die geen landbouw deed, was misschien de enige in het "dorp" die goeie stoelen kon maken, en dus ging hij die stoelen ruilen voor eten van dat veld.
Bezit was macht, dus hoe meer je bezat, hoe meer invloed je kon uit oefenen, hoe meer macht je had.
Eén van de weinig volkeren waar we ook nu nog een natuurlijke leefwijze kunnen bekijken, is de San. De San horen tot de volkeren die wij in een gemeenschappelijke naam Bosjesmannen of Hottentotten plegen samen te nemen. Ze zijn praktisch allemaal uitgeroeid, alleen van de San zijn er nog wat over. Dank zij het feit dat ze in de Kalahariwoestijn leven, een gebied dat helemaal niet aantrekkelijk is voor anderen.
Deze San leven nog van de natuur, ze jagen wat ze nodig hebben, en ze eten van wat ze vinden. Ze hebben een enorme kennis van de natuur, want zonder die kennis kun je daar niet overleven. Ze werken niet veel, het verzamelen en jagen neemt veel minder tijd in beslag dan onze manier van werken. Maar ze hebben dan ook niet veel. Tegenwoordig zien we dat ook de San stilaan naar de moderne tijd aan het evolueren zijn. Ze tonen hun levenswijze aan de toeristen, en verkopen souvenirs. Dit wil zeggen dat ze nu veel meer tijd dan oorspronkelijk, gaan spenderen aan het maken van dingen, dingen die ze in feite niet nodig hebben, om ze te verkopen aan de toeristen, voor geld... We zien dus eigenlijk de devaluatie van hun cultuur... en ook bij hen groeit het bezit... en dus meer machtsverhoudingen die er vroeger niet waren.
Is dat echt de cultuur ?
Bezit ?
Ben je echt pas beschaafd (?) als je bezit hebt?
In onze wereld lijkt het wel zo... Heel onze manier van leven is gebaseerd op een verfijnde manier van ruilhandel. We werken, leveren prestaties waarvoor we geld krijgen, geld dat het equivalent is van goederen.
Ik heb het al eens geschreven, volgens mij is het Aards Paradijs niet verdwenen door het bijten in een verboden vrucht, maar door het ontstaan van landbouw, het ontstaan van bezit...
Wij bouwen ons paradijs op, op basis van bezit, en willen die manier van leven opdringen aan heel de wereld.
Zijn wij dan de beschaving?
Ik heb mijn twijfels.
Wij leven er in, wij kunnen en kennen niets anders, maar is het echt zo ideaal dat wij menen dat we dit cadeau moeten doen aan iedereen?
Ik weet het niet, ik heb mijn twijfels.
Wat is geluk, wat is mens zijn ?
toch maar eens over nadenken
tot de volgende ?
Abonneren op:
Posts (Atom)