Geluk zit nu in een flesje.
Zomaar te koop,
en niet eens duur.
Kijk maar eens naar de reclame van Coca-Cola...
En het gekke is dat dergelijke boodschappen geslikt worden.
Dat kan haast ook niet anders, want het hoort bij wat we nu "onze cultuur" noemen. Onze cultuur is de cultuur van het hebben, de cultuur van het bezit, de cultuur van overtreffen, de cultuur van "in" zijn.
Het is bijna tot een religie verworden.
Het is het belangrijkste in het leven: hebben, bezitten, overtreffen.
Een tijdlang hebben wij het "amerikanisering" genoemd, die cultuur van kopen, van moderner huishouden, cultuur van de bevrijding...
Want geef toe, vroeger waren we slaven, waren onderdrukt door het groot-kapitaal, de adel en de kerk. Wij moesten netjes in de rij lopen en onze hoed afnemen voor de baron en de pastoor.
Vroeger woonden we in kleine huizen, ongezond, met een pomp op het gemeenteplein.
Maar wanneer is dat veranderd ?
Ik denk niet dat er zo maar een beginpunt is vast te stellen. Was het de opkomst van de vakbonden, het zich verheffen tegen de macht van het kapitaal? Was het de eerste wereldoorlog, die heel veel mensen ontheemde, in contact bracht met anderen, met andere culturen, andere talen ?
Was het de naoorlogse tijd, waarin men groeide naar een voor die tijden ongekende welvaart?
Was het de grote crisis, die plots alle vastheid, alle grond van onder de voeten uit haalde?
Was het de vooroorlogse periode naar de tweede wereldoorlog toe, waar nationalisme, fascisme en communisme heel extreme denkbeelden inburgering deden vinden, en waar de het denken versnipperde ...
Wellicht was het dit allemaal, was het een geleidelijk proces van ... ik zou haast zeggen ontheming. Een proces waarbij de mens zijn oude denken verloor, overboord gooide, en er materialisme voor in de plaats kreeg.
Dat de religie bij dat proces ook zijn veren verloor, is haast logisch. Het bezit, het hebben, de materiƫle "welvaart", is een heel sterk alternatief. Het is veel tastbaarder, en uiterlijk zichtbaar.
Op het eerste zicht lijkt het haast geen nadelen te hebben, alleen maar voordelen, een gevoel van welzijn...
Maar als je nu om je heen kijkt, zie je de mensen niet meer lachen, hoor je ontzettende cijfers van zelfdoding, en lijkt het wel of je nooit het echte gevoel van welzijn bereikt. Men laat het je ook niet toe !
Steeds weer moet je, om in te zijn, nieuwe aankopen doen, groter, nieuwer, sneller, kleuriger dingen hebben. Steeds weer is er een met een grotere, een nieuwere auto, een nieuwer model van smartphone, een handtas van dit of dat merk, een paar schoenen van...
Je geluk glipt steeds weg, in een eindeloos opbod.
Ik weet niet of de mensen vroeger gelukkiger waren dan nu, ik vermoed van niet, als we de levensomstandigheden van toen bekijken, kan het haast niet... Maar ik vermoed dat ze eerder tevreden waren. Buiten die enkele machthebbers, waren haast alle mensen gelijk. Was de na-ijver wellicht veel minder, en was er meer samenhorigheid. (Zonder die samenhorigheid waren de vakbonden er wellicht nooit gekomen !).
Eigenlijk hebben we nu alles om gelukkig te zijn, en we gooien het weg voor de na-ijver. Het eeuwige meer hebben, meer zijn.
Ik snap het niet helemaal. Is de mens zo dwaas dat hij blindelings de verkooptrucks volgt, blindelings er in loopt, blindelings doet wat bedrijven willen dat je denkt, doet, en vooral koopt ?
Ik kan we niet van de indruk ontdoen dat we de kinderen in die geest opvoeden. Iedere dag iets nieuws aan, en liefst van dit of dat merk, want die andere kleine heeft dat ook...
De industrie maakt nu dingen waar het stukgaan in zit. Geprogrammeerd stukgaan. Om te verkopen, om iedereen te dwingen in te treden in de Grote Consumptie...
En iedereen buigt het hoofd voor de nieuwe God, de grote God Consumeren !
djudedju
tot de volgende ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten