Onze-Lieve-Vrouwehospitaal (former hospital/convent) and chapel in Oudenaarde. Oudenaarde, East Flanders, Belgium (Photo credit: Wikipedia) |
We gaan niet alleen een bloemetje brengen, nee, we gaan ook om in Zingem het graf van Tante en nonkel wat op te poetsen en in Oudenaarde dat plaket van Koen wat te reinigen.
En we blijven dan een wijle stilstaan, en gedenken...
Op deze dagen is het druk op de kerkhoven, nog niet vol van mensen in hun zondagse pak, met bloemen in de hand, maar vooral van dames met een voorschoot om, die over de graven heen buigen met borstel, vod en zeep...
Het is grote kuis op het kerkhof... Heel het jaar zien de meeste graven geen levende ziel, en toch zijn ze na een jaar weer bestoven, groen van minieme mossen, vervuild. De ene steen is de andere niet. Als je een blinkend gepolierde grafsteen hebt, dan heb je het gemakkelijk: eventjes met water en een goede vod, en het stof van een jaar is weer weg... Heb je echter een grafsteen dat niet zo blinkend glad is, dan is het stof wel makkelijk weg te vegen, maar het groen van het mos lijkt wel in de steen gedrongen, en daar zie je mensjes ijverig schuren op de grafstenen...
Zowel Zingem als Oudenaarde zijn betrekkelijk nieuwe kerkhoven, waar niet veel van die mooie oude grafmonumenten te bewonderen vallen, maar toch zie je hier en daar wel eens iets origineels, iets wat opvalt, wat anders is... In vorm of in kleur...
Op die manier is het kerkhof soms wel bezienswaardig... Want eigenlijk is het maar een droevige plaats, waar men zijn doden naar hun eeuwige rustplaats brengt, waar ze - al naargelang de gemeente- tegenwoordig maar heel tijdelijk liggen... Ik ken gemeenten waar men na een goede tien jaar al de plaats moet ruimen voor verse doden. (Klinkt luguber hé ?) Maar hoe gek het klinkt, bij de meesten is het grootste leed dan al wel wat weggesleten. Het verdriet zit op dat moment al ingekapseld, het is er nog wel, maar er ligt eelt op, de wonde is een litteken geworden.
Och, ze zijn nog lang niet vergeten, en er over praten, er over denken doet nog steeds pijn, maar het weegt niet meer op het leven. In het begin dat je iemand verliest, weegt dat verlies heel de dag door op je. Je kijkt TV, je leest de krant, maar ergens zit je tijdens die werkzaamheden nog steeds ergens met de dode in je hoofd, in je hart.
Dat slijt (gelukkig maar !), zachtjes slijt dat felle verdriet tot een ding op de achtergrond. Het is niet weg, maar het overheerst niet meer.
Met andere woorden, dat graf hoeft geen monument te zijn... Een eikenhouten kruis zou al lang genoeg meegaan, om het verdriet zichtbaar te tonen... Het hoeft echt geen arduin te zijn. Het hoeft echt niet met een "eeuwige vergunning" te zijn...
Maar misschien ben ik te hard... Misschien willen sommigen dat echt wel !
Ik behoor tot die mensen, voor wie het kerkhof geen monument is, maar een begraafplaats, waar men het verleden begraaft. Op de kast staan bij ons altijd wel enkele foto's, van mensen die nog niet zolang geleden begraven werden. Die maanden dat die prentjes daar staan, kijken we daar regelmatig naar, en nu en dan parten we er zelfs over..., nemen het nog eens in handen, hoelang is het nu al weer geleden? Maar na enkele maanden verdwijnen die doodszantjes in de schuif, bij de grote hoop die ons al eerder zijn ontvallen... Familie, vrienden, goede kennissen, buren of hun dichte familie...
Daar liggen ze gewoonlijk in alle rust, tot we bij het zoeken naar iets anders, ook bij die doos komen, en dan nog eens verwijlen bij de doden...
De doden waar ik echt verdriet om heb, die zitten niet alleen in die doos, die liggen niet alleen op het kerkhof, die zitten vooral in mijn hoofd, in mijn hart. Dat kerkhof, dat is maar een soort openbaar gedenken. Het echte gedenken, dat gebeurt bij mij, binnen in me.
Als we ook naar Zingem gaan, naar tante en nonkel, dat komt vooral omdat er anders geen kat meer naartoe gaat... Uit het oog, uit het hart.
Daar zijn geen kinderen en geen broers en zusters meer over.
Daar is alleen dat graf, met een eeuwige vergunning (In Zingem duurt de eeuwigheid maar 50 jaar of zoiets).
Ieder jaar weer kijk ik dan ook naar die graven waar niets staat, waar niemand de moeite neemt om het nog eens wat op te kuisen, waar geen bloem, geen gedachte laat staan een gebed gebeurt... En dan probeer ik al die vergetenen ook even te gedenken... Het is niet goed dat er mensen zijn die zo maar verdwijnen, alsof ze er nooit geweest zijn.
En toch hebben ook zij ooit wel eens een steen in de rivier geworpen, waardoor de loop van de rivier nooit meer hetzelfde is geweest...
Wij zijn niet alleen de vrucht van onze ouders, van dat knusse gezin... Wij zijn kind van een hele wereld, gevormd, gekneed door een oneindige massa...
Zonder die man die er zo'n honderduizend jaar geleden in slaagde dat paard te doden, waardoor zijn gezin kon overleven... waren wij er ook niet !
Wij hebben de geest, de ervaring, het epos, de ontwikkeling van een heel mensdom in ons.
Laten we dus ook al die naamlozen niet vergeten.
De grootste uitvinding, die nog steeds bepalend is voor zo wat alles in deze ontwikkelde wereld, dat is het wiel... We kennen die uitvinder niet.
Ga jij ook op hem of haar denken dit jaar, op dat grote dodenveld vol bloemen?
tot de volgende ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten