Hildebrandt is een zagevent... weliswaar iet of wat humoristisch, maar toch een zagevent die zijn medemensen voortdurend over de hekel haalt en zichzelf aldus eigenlijk op het piedestalleke zet van de onkreukbare, verstandige en onaantastbare...
Hoe ik daar bij kom, gewoon door het feit dat alles bij hem zo verrekes lang en breed is uitgesponnen, en doorspekt met vele latijnse en zelfs griekse (in griekse letters ook nog !) uitdrukkingen... Ik heb ooit, in een heel ver verleden nog een mondje latijn en grieks gekregen, maar ik moest toch eens heel diep in mijn memorie krabben om het zelfs nog maar te kunnen lezen, laat staan dat ik nog de betekenis wist.
Het komt echt over als "Kijk ne keer wat ik altemaal kan..."
En dan zit hij voortdurend op een weliswaar spitse manier zijn medemensen satirisch te vernederen... Hij verzint dan ook nog namen die meteen duidelijk zijn idee geven over het betreffende heerschap, de heer Nurks...
Maar het zijn inderdaad een soortement cursiefjes avant-la-lettre (om ook een vreemde taal te gebruiken)...
En als je al de bedillerigheid en de vele oeverloze uitwijdingen er van weg denkt, best leuk.
Mijn hekel beperkt zich dus in werkelijkheid tot het feit dat Hildebrandt een kind van zijn tijd is. En zit stillekes de bedenking te maken dat, mocht mijn blog at aeternuum op internet blijven ronddwalen, men wellicht binnen honderd jaar van mij hetzelfde zou zeggen... die bedillerige opa van een beetje zoet en een beetje zuur kan nogal zagen !
Wat is dan eigenlijk de reden dat Hildebrandt in onze literatuurgeschiedenis zo hemelhoog de verdoemenis wordt ingeprezen? Wellicht het feit dat hij de eerste was die op een dergelijke manier zijn medemens uitschilderde en uitvergrootte... Hij was wellicht ook een voorloper te noemen van het realisme, een voorloper van de schrijvers die na hem het goor en de modder waarin de schamele mens moest wroeten om zijn dagelijks brood te verdienen, met brede vegen over hun bladzijden uitsmeerden...en ook zij durfden is al die ellende wel eens humoristisch zijn, wat weliswaar niet nieuw was, maar wel nieuw om het te doen met herkenbaren figuren.
In het eerste stukje in het boek schrijft hij ook over de misprezen belgen, we zijn immers net na 1830, en het zal nog wel vers in het geheugen gelegen hebben...
Met andere woorden, het is worstelen om door het boek te geraken, maar de manier waarop men dan keek naar de medemens is best leuk... Het is een klein voyeurtje, die net zo goed over de te korte broekspijpen gaat als over de pretentieuze maniertjes...
Vanmorgen zijn we naar Eine naar de rommelmarkt gegaan, en hebben er genoten van een flardje zon. Ik was verbaasd vast te stellen dat ik onmiddellijk wist dat dit de zon was, er is blijkbaar nog niets mis met mijn langetermijngeheugen ! En nu zit ik vol verwondering te genieten van de vele kleuren die er in het anders zo eentonige groen van mijn linde zitten. Zelfs de zo vervloekte Maïs heeft nu iets vrolijks, iets lichts...
Gisterenavond hebben we een leuke film bekeken, Anny in de zetel, en ik op een stoel dicht bij het scherm, en zonder bril, want met mijn bril zit ik 's avonds zo erg te traanogen dat ik geen film meer zie... Hoog tijd dat ik mijn nieuwe glazen heb... Hoe langer het duurt, hoe erger ik met tranende ogen rondloop. Het was een leuke film, avontuurlijk en van een ongebreidelde fantasie, een beetje in de zin van The Temple of Doom en consorten, lekker ontspannend en toch ook weer spannend. Dat is mijn genre van films...Dingen waarbij je niet moet nadenken, die je zo over je heen laat komen en waarin je je fantasie rustig kunt laten meedrijven...
Wellicht is dat ook de reden dat ik graag westerns bekijk, van cowboys die revolvers hebben met wel duuzend kogels in, en die maar blijven schieten en schieten, en waarvan de tegenstanders hoeveel ze ook terug paffen nooit niets weten te raken...Heerlijk absurd.
In La douce France is er (was er?) een pretpark, La Mer du Sable, waar je onder meer ronddwaalt in een echt (nu ja) cowboystadje, en plots is er een overval, de kogels vliegen in het rond, en je ziet de getroffenen van het dak naar beneden vallen op een spectaculaire wijze, iets later zit je op een echt stoomtreintje en zie je plots een kudde paarden die de trein langzaam inhaalt... plots zitten er indianen op die paarden en er wordt heen en weer geschoten, paarden vallen dood neer en verpletteren de indianen, die na de slag netjes rechtstaan om het publiek te begroeten... Het zijn allemaal stuntmannen, die ook regelmatig meespelen in de film's. Je staat iedere keer weer verrast te kijken hoe die mannen dat kunnen ! Het zijn méér dan acrobaten.
Ik ben er twee maal geweest, en de tweede maal stonden wij in de regen de cowboys en de indianen te bewonderen die elkaar aan het afslachten waren, in een zijpnat woestijnlandschap...
Waarom ik er twee keren was ? Nu, in die tijd richtte iedere afdeling wel eens een uitstap in, en wij moesten iedere keer mee... sommige attracties kende ik op den duur van buiten. Het gevolg was dat ik al die afdelingen met raad en daad kon bijstaan, puttend uit een lange en drukke ervaring van daguitstapjes... De leukste uitstap die we ooit deden was eigenlijk gedoemd om te mislukken ! We stapten op de autobus in de gietende regen, reden over de westvlaamse bergen, zonder ook maar iets van het mooie landschap te zien, je zag gewoon geen tien meter ver door de regen, we gingen middagmalen aan Cap Gris nez, waar je Engeland kunt zien liggen, als het weer helder is, we zagen amper de zee beneden aan de voet van de rotsen, we zouden gaan kijken naar de hoovercraft, maar die vaarde niet uit wegens het slechte weer, en dan zouden we in Ieper de gebouwen bewonderen op de marktpleinen... Niets maar dan ook niets liep zoals gepland, gewoon door het slechte weer... Je zou denken dat je dan een hele bus miscontenten krijgt, maar niets was minder waar ! Er is nooit meer plezier geweest en meer gelachen geweest als op die uitstap ! Er zijn nooit zoveel moppen verteld geweest en nooit zoveel toeren uitgehaald als op die reis ! Waarom ? Iedere halte van de bus veranderde in een stop aan een herberg, waar de Picon rijkelijk vloeide... In een van die cafeetjes zaten ze zonder picon, en waarschijnlijk ook zonder glazen, want op de bus bleek zowat iedereen een of meer piconglazen in zijn zakken te hebben... Het kwam zo ver, dat toen de douane opstapte om te vragen of we niets te declareren hadden, Benoit opstond, een vol glas picon uit zijn vestzak haalde en riep "Ikke", zwaaiend met dat glas. De douane is al lachen afgestapt, met die zotte en zatte bande was er toch geen eer te halen...
In Ieper gingen we lekker eten, maar tijdens de maaltijd werd er minstens evenveel gelachen als gegeten, en de moppen werden telkens voor héél de zaak verteld, en 't waren lang niet allemaal propere... Toen ik al het eten ging betalen vroeg de resaurantuitbater welke vereniging wij eigenlijk waren...Ik durfde bijna niet te zeggen dat het een vereniging was met Christelijk in de naam...
Sindsdien kon het niemand nog wat schelen als het regende op een uitstap, ze konden zich ook in slecht weer amuseren...
We hebben nog eens zo'n eetmaal gehad, waar iedereen in het restaurant heel stil was, om mee te kunnen luisteren naar de moppen aan onze feesttafel... Marcel begon op een bepaald moment de moppen op te schrijven, maar vermits hij geen papier bij had, schreef hij telkens de korte inhoud van de moppen op het papieren taflekleed... Hij schreef bijna een tafel vol, en toen ik hem onlangs zag vertelde hij dat hij nog steeds dat stuk tafelnap had...alleen kon hij de helft van wat hij "opgeschreven" had niet meer ontcijferen, of wist hij niet meer hoe de mop in elkaar stak.
Waar is de tijd... Nu hoor je dat niet meer, al die moppen. Het is een rariteit als er nog eens een mop verteld wordt, en meestal is het er dan nog ene die ik twintig jaar geleden al zelf voortvertelde.
Ooit is er een pastoor geweest, ik had er ooit nog les van gekregen in het college, die in de parochiezalen een avond moppen kwam vertellen... Hij was een van die figuren die een mop kon brengen, en zelf nooit ook maar een glimlach tentoonspreidde... Een droge komiek. Eerwaarde Heer Declercq, wij noemden hem Kaketoe... Als hij les gaf, dan schreef hij alles op het bord, en om heel hoog te schrijven rekt hij zich dan helemaal uit, en dan zag je van onder zijn soutane net nog een stukje van zijn witte kuiten, met van die elastieken sokophouders die zijn zwarte sokken ophielden... Het was de eerste man die wij zagen met "jarretels", en ons moeder mocht duizend keren zeggen dat dit bij een man geen jarretels waren, voor ons waren en bleven ze het wel.
Ik ga stoppen, want ik ben net Hildebrandt, de mensen aan het keuren....
tot de volgende ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten