maandag, juni 29, 2015

'n preutekoeler...

Zaterdag waren we in Tielt, een rommelmarkt met zo'n 300 kramen, en zondag gingen we op bezoek bij de Jef, om samen naar de rommelmarkt te gaan in Welle, een markt met zo'n 800 kramen, waarvan we er minder dan de helft bezoeken... en dan eens lekker gaan eten en bij babbelen.

Op beide rommelmarkten ben ik met 2 wandelstokken naar huis gekomen.

Het was heerlijk wandelweer, en we genoten van de sfeer, het weer en de leuke babbels.

In Welle waren we, na al heel wat kraampjes kijken, beland op de markt. Daar stond een massa tafels en stoelen, en kon je, heerlijk in het warme weer, eens gaan zitten en iets drinken... We kozen een tafeltje, en zaten op ons gemak toen plots een boom van een vent naar ons toe kwam. Als ik zeg een boom, dan bedoel ik ook een boom ! 't Manneke was zo'n 2 meter hoog, twee keer zo breed als ik (en ik ben geen smalle), en twee keer zo dik !

Ik vormde zijn doel, en plots galmde zijn stentorstem over de markt, in plat Gents: "Manneke, gaa zaat precies Walter De Buck ! Ik zaag aa doar zitten, en ik poaisde "dan kan nie" maar zuun board, da kan nie missen ! Gulder goa van moai eu pint drinken !" en meteen zette hij zich neven mij, en ging aan het vertellen in zijn heerlijke Gentse dialect...

Hij had altijd in de stellingbouw gewerkt, en was in het weekend en op de Gentse Fieste DJ van dienst. Hij had Walter De Buck goed gekend, en die baard a-van mij had hem weer eens doen terugdenken aan zaan kameroad... "Zaan Vlieger goat ieuwig bloaven bestoan, want neu zeingen ze da oep de Gantoise !"

Wij dronken, al keuvelen en al lachen met zijn vele kluchten en zijn oude Gentse liedjes (veelal met wat obscene teksten, zoals veel volkse liedjes), en trakteerden een pint terug. Zijn vrouw stond op de rommelmarkt ("En ge raakt ze nie kwijt?" vroeg ik, maar hij snapte het niet), en hij hield zich bezig om met de mensen te gaan klappen en pinten te drinken. Ik vermoed dat hij nog heel wat Walter De buck's of Luc de Vos zal gezien hebben, als hij maar wat kon babbelen, lol maken en pinten pakken. Hij deed het niet om op de schooi te leven, want hij begon met heel de bende te trakteren.
Een man die niet alleen kon zijn, die voortdurend moest kunnen babbelen en lollekes maken en pinten drinken... Hoe aad zaade gaa ? Ik zei het hem... Oei, zoe aad goa'k ik noeit weurden!... Mee al da bier da'k zoip... Mor ik heb er wel hiel veel deugd af ! Kurt en goe !

Ons moeder zei altijd: "Ons Heer moet van elk zijn getal hebben", maar van diene numero zal er wellicht maar ene zijn...

Hij leerde ons ook wat echte Gentse woorden, woorden die nu niemand meer kent, want -er klonk verdriet in zijn stem- het Gents gaat verloren, gelijk al de dialecten... En dan begon hij met die echte Gentse woorden van toen, ik heb er maar eentje onthouden, omdat het zo echt de volksmens van toen bloot legde... Weet je wat een "preutekoeler" is ? Ik wist het ook niet. Dat is een arduinen dorpel, een zulle gelijk of dat we zeggen. " 't vraavolk gink daar oep zitten, en zoen blaauwe steen, dat es oltaad kaad,  dus da es ne preutekoeler..."
't Is maar dat je het ook weet...

djudedju

tot de volgende ?

Geen opmerkingen: