In 't Frans: un bouquet
In 't Nederlands: een boeket
In 't Vlaams: een boekee
in het mooie dialect: ne bloemekee
In Mater (eigenlijk al op het grondgebied Horebeke) hadden wij een bloemenwinkel.
Momenteel is dat verleden tijd.
Want Lucie is op pensioen.
Er is een overnemer gevraagd...
Ondertussen zitten we dus zonder bloemist... En ik vind dat beestig ambetant. Een bloemist is iemand waar ik niet te dikwijls binnen mocht stappen, want bijna iedere keer we een bloem haalden voor een kennis, een vriend of een feest, kwam ik ook met een plantje naar huis voor onszelf. Ik gaf het aan vrouwlief, maar eigenlijk ook aan mezelf, want ik hou nu eenmaal van bloemen...
Nu moeten we dus weer op zoek naar een bloemist, liefst een waar ik wat kan ronddwalen tussen al de bloemen en planten, niet zo'n gewone winkel waar een hoop planten opeen gezet zijn, maar een grote ruimte, een serre of zo, waar een zee van diverse planten en bloemen te pronk staan.
Waar ik kan rondneuzen, verbaasd staan bij weer een nieuwe en onbekende soort... En eigenlijk wil ik er ook een Lucie bij, zoals we hier hadden, die geduld had en me liet ronddwalen en kijken, terwijl Anny zocht naar de plant of bloem die als geschenk moest dienen...
Ergens ben ik dus een voorbeeld van een mannelijke shopper... Niet naar kledij, maar laat me niet los bij een bloemist, laat me niet los in een boekenwinkel. Boekenwinkels heb ik voor mezelf verklaard tot verboden gebied. Ten eerste vind ik boeken in de winkel ontzettend duur, ten tweede heb ik gewoon geen plaats meer om ook maar één boek weg te leggen, ten derde... nu en dan laat ik me toch verleiden op de rommelmarkt om toch nog een boek te kopen... Daar moet je -meestal- niet zo denken aan de kostprijs...
Op rommelmarkten zie je en dan een kraam waar ze niets dan boeken aanbieden... Daar dwaal ik dan in rond. Ik hoop dat de mensheid dan niet ziet hoe ik - geheel innerlijk, geestelijk - in feite mezelf zit in te tomen, mezelf verbied een boek vast te pakken, het inwendig gevecht verlies, toch begin te bladeren, en mezelf probeer te overtuigen dat het toch niet is wat ik er van verwacht...
En dan weer verder wandel... met een soort heimwee.
Er is nog een soort winkel waar ik me niet verveel... Dat is een echt grootwarenhuis, iets à la Auchan, waar je van alles cindt, boeken, bloemen, rare dingen, onbekende zaken... Daar laat ik Anny steevast de inkopen doen, en ik ga zwerven door de rekken. Ik weet ondertussen al waar ik moet zijn om zaken te ontdekken... Want veel tijd heb je niet als je met Anny gaat winkelen, zij behoort tot het kleine getal vrouwen die precies weet wat ze wil, waar het staat, en de rest geen blik geeft... Dus ijl ik door de boeken, door de kranten en tijdschriften tot in de afdeling van de bloemen en als er speciale acties zijn van een of ander wat volgens mij interessant is, dan verleid ik Anny om eens met me mee te dwalen... Meestal koop ik niets. Het is niet het kopen wat plezant is, het is het dwalen, het ontdekken... Misschien ben ik dan toch niet echt een shopper... ?
Er is nog iets waar ik in kan dwalen... Kerken, musea, oude stadskernen....
Daar kan ik zwelgen in de pracht en praal van vroeger...
En altijd hoor je dan wel iemand: "Nu kunnen ze dat niet meer hé meneer?" (meer een vaststelling dan een vraag) en dan zeg ik "Oh jawel, maar men heeft niet meer de tijd, niet meer het geld over om het te investeren in dergelijke zaken..." Niemand is nog bereid niet alleen een kunstenaar te betalen, maar een heel atelier met enkele tientallen kunstenaars in dienst, voor één altaarstuk...
Ach, daarom is het nu niet slechter of beter...
Al geef ik grif toe dat er voor mij, na impressionisten en expressionisten, niet echt veel moois is gemaakt... Maar dat is geen feit, dat is een strikt individuele manier om de zaken te ervaren. Onze Bart kan verliefd staan kijken naar een werk waar ik geen moment aan geef... en vice versa...
Maar we kunnen beiden dwalen in kerken en musea... En eigenlijk weet ik niet eens of Bart ook niet in bepaalde winkels kan dwalen... Zeker in de afdeling met kunstboeken...
Ergens denk ik dat het erfelijk is, en dan denk ik aan die keer dat we met ons moeder het museum voor Volkskunde (Het huis van Alijn) in de Kraanlei te Gent bezochten... (foto)
Het is een enorm en prachtig ingericht museum, en ons moeder begon over bijna alle tentoongestelde dingen uit de tijd die ooit de hare was, te vertellen, te vertellen en bleef vertellen en bleef stil staan. Zelfs onze kinderen, die toen nog kind waren, bleven aan haar lippen hangen, verwonderd, verbaasd over al die zaken...
We hebben dus een erfelijke be- nee, geen belasting, een begeestering geërfd...
Danke Ma !
tot de volgende ?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten