Image by Johan Koolwaaij via Flickr
Ik heb het eerst opgezocht, casters is de correcte en meest gebruikte term.Alleen, het is één van die zovele Engelse woorden die ons taalgebruik zijn binnen geslopen, wellicht omdat het Nederlandse woord wat te lang is, of helemaal niet lekker klinkt.
Het gaat immers over poppen van vleesvliegenmaden. Geef toe, dat is een hele mond vol, voor wat je ook casters kunt noemen...
Wie blogt er nu in hemelsnaam over de poppen van vleesvliegenmaden? Ikke. En wel om een heel goede reden, namelijk: vissen! Ik had al een drietal weken vleesvliegenmaden in een speciaal recipiënt in de frigo staan, was er al drie maal mee gaan vissen, en dus keek ik of ze nu nog goed waren... Nee, veel maden zaten er niet meer in, wel ontelbare poppen, casters... Luc zei dat Willy maden had, en hij zou er daar wat lenen (Bij ons koopt er steeds maar één iemand maden, en de andere twee vissen dan mee van de voorraad. Ik zei tegen Luc, er zitten voor mij nog genoeg maden in, en ik heb altijd gehoord dat ze met die casters ook vissen... In geval van nood, vis ik daarmee... Geen verspilling, zelfs niet als het gaat over maden...
In een prachtig weer, met een wind die uit een iets betere hoek waaide, installeerden wij ons bij pepee aan het viswater. Oh ja, toen we daar toekwamen, zagen we pepee aan tafel zitten! Hij is van uit de afdeling Intensief recht naar huis toe mogen komen, en in de namiddag kwam hij al af, gewandeld naar het viswater om enkele uren bij ons te staan keuvelen! Sterke mens !
Maar we begonnen te vissen, en ja, ze beten goed, maar weer hoofdzakelijk de kleine bliekjes. Toen besloot ik om toch maar eens te proberen met die casters... Het leek wel de mirakuleuze visvangst! En bijna allemaal grote mooie blieken. Eén keer een enorme beet, ik probeerde met mijn blieklijn mee te wandelen, mijn lijn begon te "zingen" en klak! onderlijntje af, wellicht een grote karper... Nadien nog eens zo'n beet, maar na een wandeling van een halve vijver kregen we die toch aan de kant, een mooie karper van wellicht zo'n twee kilo... Luc ving ook nog een zeelt (tink). Maar ik bleef hoofdzakelijk grote blieken vangen... We hebben ze niet geteld, maar we vingen heel veel vis! Luc ook, maar bij hem, waren het veel eer kleinere, en bij mij bijna allemaal redelijk grote blieken.
Het is wel anders vissen, je kunt het wat vergelijken met het vissen met maïs of zoiet, als ze gebeten hebben, en ze hangen niet, doe maar een nieuwe caster aan je haak, want ofwel is hij er af, ofwel is hij leeg gezabberd....
En hier zit ik nu, met het frisse kleurtje van een rijpe tomaat, gezicht armen en benen netjes rood geverfd door een lieflijke zon... Nee, ik ben niet verbrand, ik kleur altijd bruinrood, met iets meer nadruk op rood... Maar ik heb geen pijn, hoogstens een gevoel van je vel dat wat spant...je kent dat wel. Maar wie mij ziet denkt gewoonlijk dat ik verbrand ben. Als ik mij goed herinner was mijn vader ook altijd zo roodbruin verbrand. Luc wordt meteen bruin, zwartbruin.
Maar het was een prachtige dag...
Ook uit de wetstraat kwam verheugend (?) nieuws: Iedere verkiezing die nu zou gehouden worden kan aangvochten worden op basis van zijn onwettelijkheid... Had ik dat al niet eerder vastgesteld? Nu ja, het bewijst dat er daar toch nog een of enkelen zitten die kunnen nadenken, ook al is het traag, héél erg traag...
tot de volgende ? Het is veel te mooi weer om u lang vast te houden met een blog!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten