Van het ogenblik dat dit woord - Chemo - valt, begin je eigenlijk wat te panikeren. Je hoorde immers talrijke verhalen over "hoe ziek je wel kon zijn van die chemo"...
Nu hebben we volop te maken met dat verschrikkelijke geneesmiddel, dat eigenlijk geen geneesmiddel is, maar pure vergift.
Chemo dient om alles wat een "snelgroeiende cel" in je lichaam is, te doden. Dat is ook de reden dat je haren uitvallen, haren zijn snelgroeiende cellen.
De ramp is zo ook meteen gegeven ! ALLE snelgroeiende cellen dus ook de goede cellen, de cellen die de eerste verdediging vormen tegen ziekte. Met andere woorden, door de chemo wordt je verschrikkelijk teer voor allerlei besmettingen, en zelfs het kleinste, normaal onschuldige bacterietje krijgt vrij spel in een lijf waarin de weerstand volledig is uitgeschakeld.
Onze ervaring is dan ook dat het verkeerd is te stellen dat je ziek bent van de chemo, je bent ziek doordat de chemo alle weerstand heeft uitgeschakeld. Misschien zijn er ook soorten chemo waarvan je onpasselijk bent, maar dat heb ik niet gezien bij mijn Anny, wel zag ik, hoe het gebrek aan weerstand haar verschrikkelijk ziek maakte... Zo ziek dat we vreesden (en nog vrezen) dat we haar zouden kunnen verliezen.
Nu pas begrijpen we de specialist die voortdurend wees op verschrikkelijke moeilijkheid om een dergelijke ziekte te overwinnen... Het geneesmiddel is haast erger dan de ziekte ! Dat is niet helemaal juist, maar de ziekte zie je amper, de ziektes die ontstaan door het gebrek aan weerstand zie je wel, en heel erg, haast te erg.
Het is erg dat haast oeverloze gevecht te aanschouwen, hoe erg moet het dan wel niet zijn het te doorstaan?
Eergisteren was het zo erg dat we vreesden voor het ergste. Ook de specialist maakte ons attent op het gevaar van de situatie, maar ook zonder deze verwittiging was het duidelijk hoe erg het was. Gisteren was het - gelukkig - weer een heel stuk beter. Ze krijgt antibiotica en men poogt het herstel van haar eigen (goede) cellen weer in gang te krijgen.
Het verschrikkelijke van zoiets is de onmacht.
Je kunt niets doen, niet als patiƫnt, niet als toeschouwer.
Je staat erbij en je kijkt er naar...
En inwendig ga je haast evenveel kapot als de zieke.
Zij lichamelijk, wij geestelijk, in een mee-leven, in een mee-vechten.
Plots zie je hoe broos het leven eigenlijk is...
Vechten, meisje ! Vechten !!!
We kunnen je echt niet missen !
Geen opmerkingen:
Een reactie posten