Pasen 2012 (Photo credit: Gerard Stolk (marche vers Pâques )) |
Morgen Goede vrijdag, dan Paaszaterdag en zondag Pasen !
... en de Ronde van Vlaanderen.
Vroeger, toen de vasten nog vasten was, leefden we veel meer naar Pasen toe. Ik herinner me de donderpreken... Je ging dan te voet door de koude duisternis naar de kerk, 's avonds, naar de preek gaan luisteren. In de spaarzaam verlichte kerk beklom een vreemde priester, veelal een pater, de kansel (nu een ongebruikt voorwerp) en schetste ons de afgrijselijkste voorstellingen voor ogen van de hel... Waar wij zondaars ongetwijfeld naar toe gingen als we ons niet vliegensvlug bekeerden en werkelijke echte Christenen werden...
De terugweg naar huis was nog veel kouder en veel donkerderder, en we gingen heel stilletjes, nog onder de indruk, dicht bijeen uit schrik, naar huis... Eén van die preken herinner ik me nog, die ging over de vleespotten van Egypte, en de prediker van dienst was Kaketoe, een leraar uit het college, met die bijnaam. (Ik meen me te herinneren dat hij in werkelijkheid Declercq heette, maar ik ben niet zeker ) Die keer had de preek niet zo'n indruk op ons, we kenden kaketoe als een zwakke figuur, een leraar met weinig gezag...
Nu weten we nog amper dat het vasten is, ja, dat we in de goede week zitten. Het kerkelijke en vooral de beleving van het geloof is heel anders geworden dan vroeger...
Soms weet ik niet goed wat ik daarmee aan moet... En dan denk ik soms aan de kloosters, de monniken en paters... Ik weet niet hoe het nu zit, maar ik weet nog dat toen de achteruitgang begon in het aantal roepingen, er uitzonderingen waren...: de strengste orden hadden nog steeds succes.
En dan vraag ik me af, of het overboord gooien van al die strenge voorschriften en gedragsregels, niet net het begin van het einde was ???
Alles werd versoepeld, alles werd "met de mantel der Liefde" toegedekt...
Je moest het allemaal niet meer zo nauw nemen... Ook de symboliek speelde een grote rol. Die symboliek ging immers hand in hand met de eerbied. We mochten de hostie niet met de hand aanraken, die werd door de priester (de enige die dit mocht doen) op de tong gelegd, terwijl je geknield zat op de communiebank, met de handen onder het laken een tafeltjes vormend, mocht er onverwachts een hostie vallen, dat hij niet op de grond viel.
De priester was in zijn kledij van ver herkenbaar, en zijn "uniform" alleen al was het teken om eerbiedig te zijn.
In die tijd ging ook de processie nog uit, en als de priester voorbijkwam met Ons Heer, dan knielden de mensen langs de straten, en in de huizen waar de processie voorbijkwam, zag je voor het raam een H. Hart of een "Kruisen-Lieve-Heer" staan, met een brandende kaars...
Je kunt, je moogt dit gerust allemaal uiterlijk vertoon noemen, ik noem het liever een veruiterlijking van wat er leefde bij de mens...
In die tijd waren het uitzonderingen die niet naar de kerk gingen, nu zijn het uitzonderingen die wel gaan... En je hoort al heel veel zeggen: "Als de oude mensen van nu er niet meer zijn, zijn de kerken leeg"...
En de kerken zijn al leeg ! Heel wat kerken worden niet meer als kerk gebruikt, of alleen nog voor speciale gelegenheden, voor de rest is het een openbaar gebouw geworden, waar een of ander expositie of een andere activiteit plaats vindt.
Ik weet wel, al die uiterlijke dingen zijn en waren niet het geloof, maar zij boden een houvast, ze gaven een stramien aan, ze vormden een leidraad door het leven.
Hoe ouder ik wordt, hoe meer en hoe beter ik ons moeder begrijp in haar heimwee naar de Kerk van vroeger...
Wie nu nog echt zijn geloof beleeft, zal wellicht behoren tot de "echte" , veel meer dan de massa van vroeger, maar voor die massa was toen tenminste duidelijk dat de kerk een deur had, dat je binnen kon komen en knielen, dat er "iets" was, hoger, eindelozer, troostend, bemoedigend... en ook dat is nu weg gevallen...
Noem het nostalgie, noem het heimwee,
noem het hoe je wilt...
maar ook in het bestaan van een vaste gewoonte kan iets troostend zitten, kan het iets bieden...
Tot de volgende ?